Er wordt nogal eens gezegd: de Kerk gaat te weinig met haar tijd mee. Ze houdt vast aan dingen die de meeste mensen al lang achter zich gelaten hebben. De Kerk prijst zich uit de markt als ze aan al die dingen vasthoudt. Men snapt niet dat de Kerk zich niet aanpast aan de opvattingen van de tijd. Bewust of onbewust past men de wetten van de marketing en de reclame toe op de kerk. De Kerk loopt achteruit maar dat komt omdat ze niet inspeelt op de vraag van de massa.

De verleiding om dat wel te doen is trouwens groot, ook voor priesters. Want het merendeel van de mensen vindt je aardig als je niet al te hoge eisen stelt en als je ingaat op wat de mensen je vragen als ze je nodig hebben. En dan heeft men liever gedichten dan gebeden, liever zogenaamde eigentijdse teksten dan Bijbelteksten. Liever liederen uit de top tien dan religieuze liederen; dan hoort men liever wat vage positieve praat die iedereen het gevoel geeft dat hij het uitstekend doet en dat het goed gaat dan dat je zegt dat iets niet kan of niet mag.

Dan is het woord uit het evangelie van vandaag een bemoediging: “Ik heb hun uw woord meegedeeld, maar de wereld heeft hen gehaat”, zegt Jezus. Jezus zelf constateert al dat de wereld niet zo erg veel moet hebben van het woord van God en van de mensen die dat woord verkondigen. Naarmate mensen meer opgaan in de wereld, staan ze verder af van God en hebben ze ook meer kritiek op de dingen van God; begrijpen ze ook de wil van God niet. Ze staan vaak vijandig en agressief tegenover de mensen die Gods wil verkondigen. Dat bedoelt Jezus met “de wereld heeft hen gehaat”. De wereld en het christendom staan vaak haaks op elkaar. En een christendom dat zich aan de wereld aanpast houdt op christendom te zijn. Daarom bidt Jezus voor zijn leerlingen, voor zijn kerk: “Ik bid niet dat Gij hen uit de wereld wegneemt, maar dat Gij hen bewaart voor het kwaad”. Jezus bidt dat zijn volgelingen niet zullen opgaan in de wereld, die aangetast is door het kwaad. Dat ze niet met kwaad in de wereld zullen meegaan. En dat gevaar is groot als de invloed van de wereld groot is. En die invloed is in onze dagen groot. Via de massamedia worden ons allerlei dingen aangepraat als modern en goed, die in feite slecht zijn en meestal al zo oud als de mensheid. Het moeilijk je tegen die invloed te verzetten. Iedereen lijkt het te doen.

Het enige middel tegen deze invloed is: de waarheid. “Wijd hen toe in de waarheid”, zegt Jezus. Zorg, Vader, dat ze in de waarheid blijven. Christenen dient het om de waarheid te gaan. En het Woord van God is waarheid. Trouw aan de waarheid, trouw aan het goede, trouw aan God, zelfs al brengt dat het kruis met zich mee; daar moet het christenen om gaan. In de wereld gaat het om succes, om of iets prettig of aangenaam is; of het in is; of iedereen het doet. Daardoor laat de wereld zich leiden.

Een heleboel mensen doen tegenwoordig alsof er geen waarheid meer bestaat, alsof alles betrekkelijk is: “dat vindt u” zeggen ze dan “maar ik voel dat anders”. Alles wordt teruggebracht tot “voelen” en “vinden”. Jezus heeft het over wat “is”, over waarheid. Zijn volgelingen moeten toegewijd zijn aan wat is, aan de waarheid, aan het woord van God. En die waarheid kennen wij in zijn Kerk door de gave van de heilige Geest. Hij is de Geest der waarheid.