“Vrees de Heer uw God door al zijn voorschriften en geboden na te komen”. Veel mensen in onze tijd zullen moeite hebben met deze zin uit de eerste lezing. Vrees voor God hebben doet denken aan de tijd dat God voor velen een boeman, alleen maar een straffende God was. Die tijd en dat beeld van God hebben we achter ons gelaten. Het nakomen van voorschriften en geboden lijkt veel mensen ook een bekrompen en enge vorm van godsdienstbeleving, die in strijd is met de vrijheid van de kinderen Gods. Maar het staat er wel en bij herhaling zelfs: het begin van de wijsheid is de vreze des Heren; en op het onderhouden van de geboden en de voorschriften dringt niet alleen het oude testament aan, maar ook Jezus steeds weer op nieuw. Het is daarom niet goed, denk ik, deze teksten te verdoezelen.

Mag ik een voorbeeld uit het dagelijkse leven aanhalen. Als u naar de dokter gaat om u eens volledig te laten onderzoeken, dan erkent u daarmee de autoriteit van die arts. Hij heeft verstand van gezondheid en ziekte en kent de risico’s van een en ander. Als hij u onderzocht heeft, zou hij kunnen zeggen: u moet voortaan gezond leven. Maar daar schiet u niet alles mee op. U hebt wel een algemeen beeld van gezond leven, maar wat moet u doen met uw specifieke lichamelijke toestand. Een goede dokter zal u concrete voorschriften geven en als u verstandig bent houdt u zich aan die voorschriften. Want het gaat zowel de dokter als uzelf om uw gezondheid.

De bijbel zegt: als het om ons leven als geheel gaat, is de enige autoriteit, die dat leven kan overzien, God zelf. Hij is de Schepper, wij zijn schepsel. En als schepsel moeten we Gods autoriteit over ons leven erkennen. Dat betekent respect, ja zelfs meer dan dat en de bijbel spreekt dan over vrees, een heilig ontzag voor de majesteit Gods, die oneindig ver boven ons verheven is. Dat heilig ontzag voor God uit zich in het nauwkeurig onderhouden van zijn voorschriften en geboden. Daarin erkennen wij dat Hij werkelijk de enige is die weet wat goed voor ons is. Want die oneindig verheven God is geen willekeurige despoot. Hij wil voor ons een liefdevolle Vader zijn, die ons de juiste weg naar het geluk wijst, die zorgt dat we niet in zeven sloten tegelijk lopen. Mozes zegt het ook: dat nauwkeurig volbrengen van de geboden zorgt ervoor dat je gelukkig wordt. Wie wijs wil zijn en zijn geluk wil vinden heeft respect voor God en zijn geboden. En daar komt nog iets bij: wie de geboden onderhoudt beantwoordt de liefde van God, die zich juist uit in het geven van de geboden. God beminnen met heel je hart betekent juist zijn geboden onderhouden.

Een andere vraag is die van de Schriftgeleerde uit het evangelie, een vraag waar iedereen die de geboden wil onderhouden voor komt te staan: wat is het voornaamste gebod? Wat moeten we altijd in de gaten houden als we de geboden volbrengen? En dan geeft Jezus een duidelijk antwoord: het geluk van de mens is uiteindelijk gelegen in de liefde tot God en de liefde tot de naaste. Binnen die liefde moeten alle geboden worden vervuld. Het is de liefde ook die de geboden op elkaar afstemt. Het is de liefde, die het volbrengen van de geboden met de ware geest vervult, zodat Paulus kan zeggen: de liefde is de vervulling van de wet. De liefde moet de geboden insluiten en tegelijk overstijgen. Iemand die zegt dat hij de liefde heeft en zich niet aan de geboden stoort, heeft geen echte liefde, maar doet onder het mom van liefde wat hij zelf wil. En iemand die wettisch de geboden onderhoudt en denkt dat hij er daarmee is zoals de farizeeën is vaak liefdeloos.

De echte boodschap van de bijbel is: vrees de Heer en vind het geluk dat Hij belooft door zijn geboden nauwkeurig te onderhouden, maar dat alles moet gedragen en bekroond worden door de liefde tot God en tot de naaste. Amen.