Het evangelie is dikwijls nogal zwart-wit en radicaal. Jezus doet vaak heel forse uitspraken. En als je daar dan over preekt en die uitspraken van Jezus naar deze tijd vertaalt, dan vinden veel mensen dat niet aangenaam. Dat is hard en weinig liefdevol, vindt men. De mensen nu lijken voornamelijk geïnteresseerd in schouderklopjes. Ze willen vooral “gepamperd” worden; een Kerk die kritiek op ze heeft, op hun levenswijze of de levenswijze van hun kinderen die willen ze niet. Dat vinden ze niet pastoraal. Een herder moet volgens hen niet allereerst de juiste weg wijzen. Hij moet zalven en steeds maar zeggen hoe goed de mensen het bedoelen terwijl ze ondertussen misschien hun ondergang tegemoet gaan. Of zou daar misschien de grote fout van de moderne tijd liggen? Dat men denkt dat het niet fundamenteel fout kan gaan in je leven; dat men denkt niet eeuwig verloren te kunnen gaan; dat het uiteindelijk allemaal wel goed zal komen. Ik zou ook wel willen dat dat waar was. Dan zou het er niet zo op aankomen of je goed katholiek was, of je je aan de geboden en voorschriften houdt, of je gaat biechten als je iets ernstigs verkeerd hebt gedaan. Dan zou het er niet zo op aankomen als je het kruis in je leven ontvlucht en voornamelijk kiest voor de leuke dingen. Maar helaas voor ons, gemakzuchtige mensen, is dat niet zo. We vinden daar niets van in de bijbel, niets van bij de uitspraken van Jezus, ook deze zondag niet.

Paulus zegt: het gaat om het kruis van Christus waardoor de wereld voor mij gekruisigd is en ik voor de wereld. Het gaat er om een nieuwe schepping te zijn. Een nieuwe schepping, gekruisigd voor de wereld…. Dat is totaal iets anders dan wat men tegenwoordig wil: de Kerk moet moderner worden, met de wereld meegaan.

En dan Jezus die zegt: de oogst is groot maar arbeiders zijn er weinig. Er zijn genoeg mensen, betekent dat, die in aanmerking komen voor het rijk Gods, voor de hemel maar waar zijn de mensen die hen de weg willen wijzen? Bid God dat Hij van die wegwijzers stuurt. Maar die wereld waarin die missionarissen moeten werken is niet bepaald een vriendelijke wereld: Ik zend u als lammeren tussen de wolven. En wat moet de missionaris, de priester doen? Recht op zijn doel af gaan. Er niet omheen draaien. Dat bedoelt Jezus met: neem geen materiële ballast mee, houd je niet op met onnozele praatjes. Laat uw eerste woord zijn: vrede. Dat is de Paasgroet van de Heer. Als mensen ervoor openstaan, daalt die vrede op hen neer. Zij zullen luisteren naar het evangelie en andere mensen worden. Daartegenover staan de mensen die niet willen veranderen, die alles bij het oude willen laten, die helemaal geen nieuwe schepping willen zijn. Jezus zegt: als ze naar jullie prediking niet luisteren, laat ze in hun vet gaar smoren maar geef ze wel de dreigende woorden mee: het Rijk Gods, de dag van de afrekening is nabij: die dag zal voor de mensen van Sodom (het grote voorbeeld van de verdorven stad uit het Oude Testament) draaglijker zijn dan voor u.

Zo zwart-wit, zo radicaal is Jezus zelf. Nou zult u zeggen: de werkelijkheid is nooit zo zwart-wit. Dat is ook zo. Maar het gaat er wel om aan welke kant je staat. In het midden, grijs of lauw zijn, daaraan heeft Jezus een gruwelijke hekel. Als we christen willen zijn moeten we Jezus en zijn evangelie serieus nemen, volgens die normen leven, niet voortdurend sjoemelen maar je bekeren als je zwak bent geweest. Jezus heeft begrip voor menselijke zwakheid die zich bekeert. Dat heeft Hij vergeving en een nieuw begin. Hij heeft geen begrip voor mensen die sjoemelen. Dan is er van vergeving en schouderklopjes geen sprake.

Het enige waar het om gaat is, zegt Jezus: dat je namen staan opgetekend in de hemel. Daar gaat het in het leven om. Als je dat met een gerust hart kunt zeggen omdat je in alle opzichten geprobeerd hebt je plicht als christen te doen, dan mag je blij en gerust zijn. Amen.