bij: Jes. 58, 7-10 en 1 Kor. 2, 1-5 en Mt. 5, 134-16
Mensen zijn over het algemeen kuddedieren, meelopers. Ze volgen gemakkelijk en vrij kritiekloos de meerderheid of de tijdgeest. Het is nu in de mode politiek tamelijk rechts, individualistisch en materialistisch te zijn. De meeste mensen gaan daar min of meer in mee. Dat was in de jaren zestig en zeventig wel anders. Het kon toen niet links en sociaal genoeg zijn. Je was geen intellectueel als je niet een beetje lonkte naar het communisme. Nog zo lang is het niet geleden dat iedereen er schande van sprak als mensen ongehuwd samenwoonden. Nu wordt het bijna als abnormaal beschouwd, als je niet wilt samenwonen voor het huwelijk. Nog niet zo lang geleden zeiden alle deskundigen en alle medische handboeken dat homoseksualiteit een abnormaliteit was, een afwijking. Nu zeggen ze even massaal dat het een normale variant van seksualiteit is. En zo kunnen we nog wel een tijdje doorgaan. Waar ik op wil wijzen is, dat dit meestal vooral niets met vooruitgang te maken heeft, met diepere inzichten en zeker niet met wetenschappelijkheid. Soms is het een slingerbeweging van de klok die van het ene uiterste naar het andere uiterste doet doorslaan en de meeste mensen gaan op den duur kritiekloos mee. Vaak zijn het ook kleine slimme pressiegroepen die via de media op handige wijze de publieke opinie bespelen. Het vreemde daarbij is dat veel mensen daarbij denken dat ze zo’n eigen mening hebben., terwijl ze geleerd of minder geleerd nabouwen wat op dat moment in de mode is en op een bepaalde manier aannemelijk lijkt. Wie worden het slachtoffer van deze kuddegeest, van deze meeloperij? Mensen die in hun meningen geen vaste ankers hebben waarop die meningen stoelen. Christenen hebben eigenlijk die vaste ankers: het zijn de normen van het evangelie en van de Kerk. Het zijn niet bepaald altijd gemakkelijke normen maar het zijn wel hoge en lichtende normen, die niet uit de mens zelf komen maar uit God. Het eigene van christenen is, dat ze zich niet de war zouden moeten alten brengen door de mode van de dag maar vast zouden moeten houden aan God en zijn geboden, aan Jezus en zijn Kerk. Alleen ook zo betekenen ze iets voor de wereld. Daarom zegt Jezus: “Gij zijt het zout der aarde. Gij zijt het licht der wereld.” Door het vasthouden aan Gods normen in de wirwar van steeds weer veranderende normen van de wereld, zijn de christenen juist de smaakmakers van de wereld; en brengen zij licht in de duisternis van de normloosheid. Als de christenen in onze samenleving op het gebied van seksualiteit Gods geboden van kuisheid en trouw in praktijk zouden brengen, dan zouden ze de wereld een lichtende weg wijzen in de woestijn ikzucht, ontrouw en ontucht. Maar nu de meeste christenen zelf meegaan op dezelfde weg, hebben ze hun betekenis als licht en zout verloren. Ze zijn zelf even zouteloos en duister geworden dan de wereld.
In een wereld die zijn eerbied voor het menselijk leven steeds meer verliest en meer en meer het menselijke leven beschouwt onder het aspect van nuttigheid en economie, zouden alle christenen pal moeten staan voor de absolute beschermwaardigheid van het menselijke leven van de conceptie tot de natuurlijke dood. Euthanasie en abortus zijn daarmee altijd en onder alle omstandigheden mee in strijd. Christenen die opkomen voor het recht op euthanasie, die de kerk liefdeloosheid verwijten als ze dat afkeurt, die zijn van hun ankers losgeraakt, zouteloos zout, dat zij kracht verloren heeft.
Bij christenen staat centraal wat de apostel Paulus in de tweede lezing tot ons zegt: Jezus Christus en zijn kruis. Niet menselijke overwegingen, zogenaamde wijsheid, die heel gladjes bepaalde dingen aannemelijk kan voorstellen, zijn voor een christen doorslaggevend maar het kruis van Christus. En dat kruis zegt ons dat de overwinning voor ons niet ligt in een zo prettig mogelijk leven en in een zelf geregisseerde dood, maar in liefde en zelfgave, in het aanvaarden van het kruis in je gezins- en huwelijkssituatie, bij tegenslag en ziekte. In het aanvaarden van het kruis, in het beleven van Gods geboden, in een leven van echte liefde moet ons licht stralen voor het oog van de mensen. Zo moeten we de Vader verheerlijken die in de hemel is. Amen.